3 mei 2011

Herman Koch – Zomerhuis met zwembad (Amsterdam: Anthos, 2011)

Marc Schlosser is huisarts. Hij heeft vooral patiënten met een kunstzinnig beroep. Een van hen is Ralph Meier, een beroemd acteur, niet alleen op het toneel, maar ook bij de film. Marc is getrouwd met Caroline, en heeft twee dochters, Lisa van 11 en Julia van 13. Ralph Meier nodigt hen uit bij hem en zijn gezin langs te komen op zijn vakantie-adres, ze hebben een zomerhuis met zwembad gehuurd. Daar speelt het grootste gedeelte van het boek zich af.
Het boek begint met het einde, namelijk het einde van Ralph Meier die aan een ernstige ziekte overlijdt, een einde dat Marc, als zijn huisarts had kunnen voorkomen. Hij begaat een medische fout, maar is het wel een medische fout?
Marc vertelt in niets ontziende eerlijkheid hoe hij tot dit punt in zijn leven is gekomen. En hij vertelt het niet in weinig woorden. Zijn paginalange uitweidingen zijn in eerste instantie niet eenvoudig, maar na de eerste honderd pagina’s kom je erachter dat Koch geen komma te weinig heeft geschreven en dat alle uitweidingen noodzakelijk zijn.
Ralph Meier keek met wel heel veel belangstelling naar Marcs vrouw Caroline. Maar Marc maakte zich aan hetzelfde feit schuldig met Ralphs vrouw Judith als lijdend voorwerp. En er gebeurt inderdaad iets bij dat zomerhuis met zwembad waardoor er geen weg terug meer is, voor niemand. De deuren naar een normale rechtsgang worden dichtgeslagen. Het leven gaat door, met horten en stoten.
Het resultaat is zonder meer de beste roman die ik in jaren heb gelezen.

Carla de Jong – Outcast (Amsterdam: Arbeiderspers, 2010)

Dit maal een Nederlandse thriller van een schrijfster die ik niet kende, maar met deze roman haar derde thriller heeft afgeleverd. Rechercheur Birgitta Reve speelt in dit boek de hoofdrol, de tweede keer dat ze dat doet. In het eerste boek ‘Serpent’ onderzocht ze de moord op Ragna Ooms, daarbij kreeg ze een relatie met de vader van het slachtoffer, Raymond Ooms. Hiervoor is ze geschorst en ze mag blij zijn dat ze sowieso nog een baan heeft. De titel ‘Outcast’ slaat op haar, ze mag weer terugkomen bij de politie, maar mag archiefwerk doen, ze staat buiten het recherchewerk.
Soapster Stef Jarden wordt vermoord, tijdens zijn ochtendloop wordt hij vier maal overreden. Hij had net een rol gekregen bij de film ‘Golven’ en er zijn voldoende verdachten. Hij behandelde vrouwen als oud vuil, een andere acteur is uit de film gegooid om ruimte te maken voor hem. Zijn oude vriend, de producent van de film, een oude bekende, Raymond Ooms, is ook niet al te dol op hem, dit omdat Stef hem heeft laten vallen. De zaak wordt gecompliceerder als ook cameravrouw Joyce Kalmen wordt vermoord.
Birgitta Reve wordt nu op de zaak gezet, maar het is geen makkelijke zaak, ook niet omdat zij haar verhouding met Raymond Ooms voortzet, hetgeen knap lastig kan worden voor haar, omdat hij een verdachte in de zaak is. Verder worstelt ze met een genonderzoek voor de ziekte van Huntington, waartoe ze eindelijk heeft besloten.
Er zijn niet veel Nederlandse goede thrillers. Dit is er duidelijk één van, het geeft een goed beeld van langdurig, vaak saai recherchewerk, lange verhoren, veel herhalingen die erbij horen. De personages leven in dit boek. Birgitta Reve is een vrouwelijke rechercheur die hard voor zichzelf is. Haar collega’s Tjeerd en Peter zijn beiden rechercheurs met een persoonlijk leven. Opvallend is dat Peter zich tot hetzelfde laat verleiden als Birgitta is overkomen, hij valt namelijk op één van de vrouwelijke betrokkenen, een tv presentatrice.
De relatie met toneel is natuurlijk miniem met een filmacteur, maar het boek geeft ook een redelijk beeld van de filmwereld. Niet alleen acteurs leven op een filmset, maar ook setassistentes, cameramensen, technische mensen, producenten.
De afloop verklap ik niet, ga daarvoor het boek maar lezen, het is het absoluut waard.

Philip Roth – The Humbling (London: Cape, 2009)

Simon Axler, een 65-jarige acteur, verliest zijn zelfvertrouwen. Hij is er van overtuigd dat hij niet meer kan spelen, dat elke keer als hij het toneel opgaat, het een totale mislukking zal worden. Zijn vrouw, een voormalig danseres, kan het niet meer aan en vlucht naar Californië. Hij gaat tijdelijk naar een psychiatrische inrichting. Daar ontmoet hij Sybil Van Buren, een jonge vrouw die een zelfmoordpoging heeft gedaan, nadat haar man haar dochter heeft misbruikt. Zelfmoord wordt ook voor hem een obsessie, waarbij hij zich onder andere herinnert welke personages in toneelstukken zelfmoord plegen.
Dan ontmoet hij Pegeen Mike Stapleford, de dochter van oude vrienden van hem. Hij heeft in het begin van zijn carrière met hen samen in een toneelstuk gespeeld. Pegeen is genoemd naar één van de personages in dat stuk.
Zij is lesbisch vanaf haar 23ste. Nu is ze 40, werkt dichtbij aan een universiteit en belt hem op om hem weer te ontmoeten. Hij is 65. Ze beginnen een affaire, zij beëindigt daarvoor haar affaire met de vrouwelijke ‘dean’ van de universiteit. Hij overlaadt haar met cadeaus, kleding en laat haar naar een dure kapper gaan. Ze moet zich verdedigen tegenover haar ouders. En het loopt niet goed af.

De toneelconnectie met deze verlopen acteur is duidelijk. In zijn carrière heeft hij veel rollen gespeeld, onder andere Macbeth van Shakespeare, dat is één van de rollen waardoor hij de overtuiging kreeg dat het spelen niet meer zou lukken. De vele personages die uiteindelijk zelfmoord plegen in een stuk worden genoemd, het zijn ook rollen die hij heeft gespeeld (p. 38-39). Het eindigt met Tsjechov, ‘The Seagull’.
Het is één van de kortste boeken die Philip Roth heeft geschreven, het telt 140 pagina’s. Het is vlot en levendig geschreven, maar zit op de rand van pornografie door de vele seks-scènes in het boek.

Philip Roth heeft onder andere in 1997 de Pulitzer Prize gewonnen voor ‘American Pastoral’. Ook heeft hij de ‘Gold Medal in Fiction’ gewonnen, de grootste prijs die de ‘American Academy of Arts and Letters’ kan uitreiken.