24 februari 2013

Mijn favoriete plek om te lezen (#50books)

#50books is een initiatief van @petepel. Hij stelt iedere week een vraag over een boek die je naar eigen inzicht mag beantwoorden.

Vraag 3: Wat is jouw favoriete plek om een boek te lezen?


Vraag 7 is vanochtend gesteld, en ik loop nog ietsje achter. Wat is mijn favoriete plek om een boek te lezen? Mogen het ook tijdschriften zijn? Mijn lievelingsplek, de grote rieten stoel die bij mij voor het raam staat, vanwaar ik de straat kan inkijken, koffie in de vensterbank kan zetten en vaak ook het ontbijt. Zaterdagochtend en vaak ook zondagochtend zit ik daar, ontbijt ik en lees ik de tijdschriften die ik in de loop van de week heb ontvangen. Ondertussen kijk ik wie er allemaal langskomen en dat is vooral op zondag interessant gezien de aanwezigheid van een Afrikaanse kerk in mijn straat. De dames en heren die de kerk bezoeken zijn zonder uitzondering prachtig gekleed.

Bij mijn stoel ligt een stapel tijdschriften die ik nog niet heb gelezen, de stapel die ik wil bewaren en daarachter een stapel die in het oud papier gaat verdwijnen. Vaak ligt er ook nog een boek in de vensterbank. De krant lees ik daar vreemd genoeg niet. Dat vind ik wel zo handig als ik die kan uitspreiden over de tafel.

Het is een rustig ontspannen begin van het weekend, waar ik ontzettend van kan genieten.

17 februari 2013

Het boek dat ik nooit heb uitgelezen (#50books)

#50books is een initiatief van @petepel. Hij stelt iedere week een vraag over een boek die je naar eigen inzicht mag beantwoorden.

Vraag 2: Welk boek krijg je maar niet uitgelezen, hoe vaak je er ook aan begint?

Ik ben een hardnekkig lezer en vind eigenlijk dat elk boek dat mijn boekenkast inkomt, het verdient gelezen te worden, maar af en toe lukt het niet. Af en toe krijg je ‘geweldige’ boeken waar dan meteen een enorme hype omheen is, en die je gelezen MOET hebben. De naam van de roos van Umberto Eco was er zo een. Ik hou van historische boeken en vond dat ik deze ook een kans moest geven. Vooral ook omdat er een bibliotheek in voor komt. Wat wil je nog meer. Nou, het boek heeft meerdere kansen gekregen van me, maar ik bleef het ongelooflijk saai vinden. Mijn weerzin tegen dit boek was zo groot dat ik zelfs nooit naar de film heb gekeken. Umberto Eco heeft nooit een tweede kans gekregen van me. Iemand die erin slaagde mij van het lezen af te houden, verdiende dat gewoonweg niet.
Het merkwaardige is dat ik sindsdien nooit meer op hypes ben ingegaan. Dan Brown? Niet gelezen, was meteen anti vanwege de enorme hype rond zijn The Da Vinci code.

16 februari 2013

Mijn favoriete jeugdboek (#50books)

#50books is een initiatief van @petepel. Hij stelt iedere week een vraag over een boek die je naar eigen inzicht mag beantwoorden.

Ik had #50books al een paar keer voorbij zien komen bij tweeps die ik volg, maar pas bij vraag 5 werd ik een beetje wakker. Dat voor een boekliefhebber. Vraag 5 was: welk boek lees je op dit moment? Nou, veel boeken dus, maar ik vond dat ik de andere vragen ook moest beantwoorden, vandaar mijn late instap in #50books.

Vraag 1: Welk boek heeft in je vroegste jeugd de meeste indruk op je gemaakt?

Een vraag waar ik heel goed over moest nadenken omdat ik in mijn jeugd alles wat los en vast zat heb gelezen, inclusief de boeken van mijn drie broers, maar ook een druk gebruiker van de bibliotheek was. Mijn boekenkast kon ik er dus niet op nalopen. Maar ik kwam er wel op. Daar heb je drukke zondagmiddagen voor nodig, een todolijst die nog niet klaar is en daar tussenin bedenken, ja Roeland Westwout van Diet Kramer, dat was het ultieme jeugdboek. Razende Roeltje, de voorloper van dit boek had ik ook kunnen noemen, maar dat was in mijn herinnering meer een kinderboek, Roeland Westwout was meer een jeugdboek. Het eerste boek dat ik niet kon loslaten, dat ik meerdere malen heb herlezen, en jarenlang op boekenmarkten heb gezocht en nooit gevonden. Maar ja, leve internet waar ik het boek vond en nu weer aan het herlezen ben.
Waarom maakte Roeland Westwout zo’n indruk op me? Na herlezen weet ik het weer, het boek ging op een mooie manier om met emoties van jonge mensen, tieners van rond de 17 die bezig waren met school, thuis, zichzelf, vrienden, en daar tussendoor de eerste liefde en de eerste grote pijn. De manier van schrijven van Diet Kramer sleept me mee in het verhaal en zelfs het feit dat het boek oorspronkelijk in 1931 is geschreven en daar de sporen van draagt in het taalgebruik deert me niet.
Het boek heeft de liefde voor lezen stevig in me verankerd, een hobby waar ik overigens mijn beroep van heb gemaakt. Hoewel, als bibliothecaris in opleiding las ik minder dan ooit tevoren. Het bleef mijn hobby, maar nu gaan er dagen voorbij dat ik vreemd genoeg geen boek inkijk.